‘Minder zicht op ontwikkeling jongeren door beperkingen coronamaatregelen’
Jeugdprofessionals hebben door de coronacrisis minder zicht op de ontwikkeling van jongeren. Zij maken zich zorgen dat zij daardoor zorgwekkend gedrag onvoldoende signaleren, ook al zoeken ze naar nieuwe manieren om de jeugd te bereiken. Dit is het beeld dat naar voren komt uit verschillende gesprekken die Platform JEP tussen april 2020 en februari 2021 voerde met professionals uit het sociaal domein.
Jongeren lijken tijdens de pandemie kwetsbaarder geworden. Van het zien van weinig vrienden tot kampen met gevoelens van eenzaamheid. Onderwijs op afstand – met ouders die soms hun kind daarbij niet of nauwelijks kunnen ondersteunen. Ook dragen tegenslagen zoals een tijdelijk contract dat niet wordt verlengd of het niet kunnen vinden van een stage hieraan bij. Hierdoor kunnen jongeren zich het slachtoffer voelen van de maatschappij en daalt het vertrouwen in de overheid.

Signalen jeugdprofessionals bevestigd door onderzoek
Het zijn zorgen die werden geuit in vrijwel alle gesprekken van Platform JEP met jeugdprofessionals. Onderzoek bevestigt hun zorgen. Tegenslagen – zoals het niet vinden van werk of stageplek – kunnen bijdragen aan dalend vertrouwen in de overheid. Dat blijkt uit onderzoek van KIS (2020), getiteld ‘Polarisatie onder jongeren in niet-stedelijke gebieden’. Uit onderzoek van RadarAdvies (2020) blijkt bovendien dat het toenemende wantrouwen in de overheid ervoor zorgt dat er een steeds grotere groep jongeren zich distantieert van die overheid waarbij er eigen waarheden gecreëerd worden (complottheorieën).
Veel stress bij jongeren
Faysal Settout, jongerenwerker bij Connect2Jeugd, zag de stress onder jongeren oplopen: ‘Hoe zich dat uit? In een toenemend gebruik van softdrugs. En in jongeren die zich vervelen en op een andere manier bezigheden zoeken. Je zag kattenkwaad en kat-en-muis-spelletjes met de politie tijdens de avondklok en er kwam meer criminaliteit. Zo zagen we online oplichting door jongeren flink toenemen’. Mohammed Moumane, coach bij Levvel, zag hoe jongeren nóg vaker werden afgewezen bij sollicitaties. ‘Als je tien sollicitatiebrieven de deur uit doet, en de ene na de andere afwijzing terug krijgt, dan demotiveert dat enorm. De kans wordt dan ook groter dat deze jongeren afglijden. Niet meer willen zoeken naar werk, criminaliteit die lonkt, of radicaal gedachtegoed dat aantrekkelijker wordt.’
Voor jongeren die het minder hebben of door problemen thuis minder goed in hun vel zitten, is het nóg lastiger geworden
Wachtlijsten in de Jeugd ggz
Personeelstekort en lange wachtlijsten in de Jeugd ggz drukten sowieso al zwaar op de hulp voor kwetsbare jongeren in achterstandswijken. Door corona is deze druk alleen maar toegenomen. ‘Ik zag zeker in het begin van de crisis veel jongeren die juist veerkracht toonden, bijvoorbeeld door zich te bekommeren om ondernemers of eenzame ouderen. Maar voor jongeren die het minder hebben of door problemen thuis minder goed in hun vel zitten, is het nóg lastiger geworden. Ons hele zorgsysteem is gericht op dit soort jongeren. Maar ja, dan moet je geen lange wachtlijsten hebben’, vertelt Ilias Acem. Hij is jongerenwerker bij Stichting Jongerenwerk Op Zuid (JOZ) en werkt op een middelbare school.
Fysiek contact bijna onmogelijk
Daarbij werd het geven van hulp ook lastiger omdat jongeren voor jeugdprofessionals letterlijk minder zichtbaar werden. Fysiek contact was niet (altijd) mogelijk. ‘Heel veel activiteiten die wij organiseerden voor jongeren mochten niet meer doorgaan’, zegt Settout. Hij en zijn collega’s lieten het er niet bij zitten. Gaven bij de gemeente aan hoe kwetsbaar ‘hun’ jongeren zijn. En maakten afspraken over hoe toch enkele activiteiten op te zetten. ‘Het was heel spannend. Mag het wel of mag het niet, en met hoeveel dan, en aan welke maatregelen moeten we dan allemaal voldoen?’, vertelt hij. ‘Door strikte regels te volgen, ontstond toch wat ruimte. We hebben nauwkeurig geregistreerd wie er wie er wanneer was en wie bij elkaar had gezeten. Gebruik van zeeppompjes was verplicht. We hebben gecheckt op mogelijke coronaverschijnselen, zowel bij de jongere als bij diens huisgenoten. De jongeren waren zo blij om elkaar toch af en toe te kunnen treffen.’
We organiseerden online van alles om jongeren maar te bereiken: quizzen, online een sneaker ontwerpen, een trick challenge
Online, online, online
Omdat fysiek contact alleen mondjesmaat kon, namen online activiteiten voor jongeren een enorme vlucht. Acem: ‘Toen de school de deuren sloot, zagen we dat jongeren steeds meer tijd doorbrachten op Instagram en Snapchat. Dus gingen we live op social media kanalen, waren we online beschikbaar, en organiseerden we van alles om hen maar te bereiken. Quizzen, online een sneaker ontwerpen, een trick challenge, waarbij jongeren werden uitgedaagd om de bal zo lang mogelijk hoog te houden.’ Over één ding is iedereen het eens: de coronacrisis heeft het werk veranderd. Meer dan ooit zijn digitale vaardigheden belangrijk en het kunnen organiseren van geslaagde online activiteiten. Acem: ‘Voor de pandemie waren we ook al aan de slag met online jongerenwerk, maar nu verschoof de focus echt van fysiek naar online. Vooral in het begin waren we daarin allemaal zoekende. Het belang van online jongeren bereiken is alleen nog maar meer benadrukt tijdens de corona-periode.’
Nadelen van online
Het is echter de vraag of kwetsbare jongeren op die manier voldoende bereikt worden. Settout heeft daar – net als vele anderen waar Platform JEP mee sprak – aarzelingen bij: ‘We probeerden online te doen wat we normaal ook doen. Een inloop organiseren bijvoorbeeld. Met wisselend resultaat. We merkte dat jongeren al snel moe werden van al dat online gebeuren. En moesten daarom steeds nieuwe dingen verzinnen om ze erbij te betrekken. Dat zorgde wel voor een stukje creativiteit in ons team, al was het bikkelen.’ Daar komt bij dat het opbouwen van een vertrouwensband met jongeren online best ingewikkeld is. Dus zochten Settout en zijn collega’s naar meer een-op-een contact. Van huisbezoeken tot wandelingen. Ook Moumane ervoer de beperkingen van online: ‘Telefonisch werken, online werken: ik vind het niets. Zeker als het gaat om jongeren die kwetsbaarder zijn voor bijvoorbeeld radicalisering of criminaliteit. Je moet hen voelen, je moet dichter bij hen komen, je moet hen zien. Pas dan krijg je een goed beeld van hoe het met een jongere gaat. Ook wij hebben uiteindelijk veel buiten afgesproken.’
Werkdruk
Jeugdprofessionals gaven bij Platform JEP aan dat de werkdruk door de coronacrisis is gestegen. De nieuwe aanpak kostte veel tijd. ‘Ik heb heel veel energie gestoken in het kweken van een beetje begrip voor elkaar. Tussen jongeren en politie. Tussen de jonge generatie en de oudere, kwetsbare generatie’, aldus Settout. ‘En we hebben echt op andere tijden gewerkt. Veel meer in de weekenden ook. In die zin is het een heel drukke periode (geweest) voor het jongerenwerk.’ Moumane vult aan: ‘Het feit dat je constant van tevoren moest nadenken: welke stappen neem ik? Hoe ga ik het doen? Is er een mogelijkheid om afstand te houden? Zo vermoeiend.’
Zo’n persconferentie van Rutte en De Jonge is voor onze jongeren een ver-van-hun-bed-show
Wat jongerenwerkers meenemen
Nu de samenleving langzamerhand van het slot gaat, kunnen jeugdprofessionals meer hun vertrouwde manier van werken oppakken. Toch nemen ze ook inzichten uit de coronacrisis mee. ‘We hebben ervaren hoe belangrijk social media zijn. Niet alleen voor het in contact komen met jongeren, maar ook voor het oppikken van signalen. Als we bijvoorbeeld zien dat bepaalde berichten met desinformatie veel worden gedeeld onder de jongeren, dan gaan we met hen daarover in gesprek. Om te proberen hen weerbaar te maken tegen de online wereld en de verwarring door desinformatie die op de loer ligt. Maar ook tegen andere gevaren die daarbij komen kijken, zoals sexting en exposing. Dus willen we niet alleen in het dagelijks leven van de jongens op straat en op school aanwezig zijn, maar ook op social media’, vindt Acem.
Relatief nieuw bleek ook het omgaan met anti-overheidsdenken, desinformatie en complottheorieën. Acem maakte zich bijvoorbeeld sterk voor het onderscheppen van fake news. ‘Jongeren hadden veel vragen. Over de anderhalve meter afstand, over thuisblijven, over handen wassen – noem maar op. Kijk, zo’n persconferentie van Rutte en De Jonge is voor onze jongeren een ver-van-hun-bed-show. Maar als die adviezen van ons komen, dat komt het anders binnen dan wanneer onze premier dat op tv zegt. En bedenk wel: de gekste geruchten deden de rondte, waarvan onze jongeren zelf niet konden achterhalen of het klopte. Je moet natuurlijk wel weten hoe je het gesprek met de jongeren daarover kunt voeren.’
Hij besluit: ‘We moeten oog blijven houden voor de langdurige effecten van de lockdown. Leerachterstanden en mentale problemen die pas aan het licht komen als jongeren weer buiten komen. Ik verwacht dat het voor ons de komende tijd opnieuw stevig aanpoten wordt’.