Wat werkt in het voorkomen van radicalisering?

Radicalisering is een heel complex proces, en de preventie van radicalisering is minstens zo complex. Radicalisering kan waarschijnlijk nooit helemaal voorkomen worden. Maar we weten wel wat beschermende factoren zijn bij de ontwikkeling van kinderen en jongeren. We weten ook dat een sterke en warme pedagogische context jongeren kan ondersteunen bij de ontwikkeling van idealen, zodat deze niet hoeven uit te groeien tot extremisme.

Het Nederlands Jeugdinstituut (NJi) heeft een top-10 van beschermende factoren samengesteld, waarvan uit onderzoek en literatuur bekend is dat ze bijdragen aan een positieve ontwikkeling.

Als voorbeeld noemen we drie factoren die beschermend werken:

  1. Warme en ondersteunende relaties in gezin, op school, met vrienden en in de wijk zorgen ervoor dat er bij kinderen en jongeren sociale binding ontstaat. Ze weten en voelen dat ze erbij horen en er niet alleen voor staan.
  2. Kansen voor betrokkenheid: kinderen en jongeren leveren een concrete, betekenisvolle en gewaardeerde bijdrage aan de verbanden waarvan ze deel uitmaken, zoals familie, school en de buurt.
  3. Positieve identiteit: kinderen en jongeren met eigenwaarde, positieve verwachtingen over de toekomst en wat ze willen bereiken, stellen zichzelf hogere doelen en zijn gemotiveerd om deze doelen te bereiken.

Hoe meer beschermende factoren aanwezig zijn in het leven van een kind en jongere, des te beter. Al vormen deze beschermende factoren geen garantie voor het voorkomen van radicalisering.

Meer informatie over de top-10 van beschermende factoren staat op de website van het NJi.

Voorkomen van radicalisering

Om radicalisering te voorkomen is het onder andere belangrijk om de voedingsbodem voor radicalisering te verkleinen. Het Kennisplatform Integratie & Samenleving (KIS) ontwikkelde een signaleringsinstrument om de risicofactoren voor een voedingsbodem in beeld te krijgen.

Daarnaast zijn er specifieke interventies die zich richten op de preventie van radicalisering. Deze interventies hebben verschillende invalshoeken en benaderingen:

1. Versterken van de positieve identiteit van jongeren. Een voorbeeld hiervan is de interventie Diamant.

2. Versterken van opvoedvaardigheden van ouders. Voorbeelden hiervan zijn de training Weerbaar opvoeden en het JEPzine over Weerbaar opvoeden voor ouders met een migratieachtergrond.

3. Versterken van sociale competenties en democratisch burgerschap van kinderen en jongeren, zoals de aanpakken De vreedzame school en De vreedzame wijk.

4. Versterken van vaardigheden van professionals en vrijwilligers die met jongeren werken. In de training Omgaan met extreme idealen leren professionals signalen te herkennen en het gesprek te voeren met jongeren. Ook de samenwerking en afstemming tussen verschillende groepen professionals is hierbij van belang: met elkaar bepalen waar de zorgen liggen en welke persoonsgerichte aanpak passend is.

5. Inzetten van sleutelfiguren die nauwe banden hebben in een gemeenschap. Dit zijn netwerken van sleutelfiguren of individuele sleutelfiguren. Een voorbeeld is de interventie Vechten voor vrede.

De meeste interventies op het gebied van de preventie van radicalisering zijn overigens (nog) niet op effectiviteit onderzocht. Een aantal interventies is al wel goed beschreven en ook geëvalueerd.